Irene van Steenbergen, 2 mei 2018
In de binnenlanden van Kalimantan (Indonesisch Borneo) wonen en leven de Dayaks: de oorspronkelijke bevolking van dit gebied. Hoewel steeds meer Dayaks naar de grotere dorpen en steden vertrekken zijn er nog authentieke dorpjes te vinden waar je de echte Dayak cultuur kunt bewonderen, ervaren en meemaken.Tanjung Puting in centraal Kalimantan staat vooral bekend vanwege de orang oetans die in dit gebied leven, echter een ontmoeting met de Dayaks is hier absoluut ook een hoogtepunt. Ik heb een bezoek gebracht aan de dorpjes Lopus en Tapin Bini in de Lamandau provincie. Zonder meer een bijzondere ervaring!
Rondreis door Kalimantan maken
Vanuit het plaatsje Pangkalan Bun waar ik de eerste nacht heb verbleven, is het 2 uurtjes rijden naar Lopus. Dit dorpje van ongeveer 800 inwoners ontvangt pas sinds begin 2017 toeristen en ze zijn erg enthousiast om meer toeristen te begroeten. Bij aankomst wordt er een ‘patong garung pantan’; oftewel een welkomstceremonie gehouden. Alle mensen uit het dorp zijn bijeenkomen om ons welkom te heten en zien er prachtig uit met hoofdversieringen en kleurrijke kleding. Er wordt muziek gespeeld, gedanst en arak (rijstwijn) uit buffel hoorns gedronken. Met een Mandau (traditionele Dayak machete) probeer ik bamboestokken door midden te slaan als onderdeel van de ceremonie, maar dit blijkt nog best lastig. Met een beetje hulp worden de bamboestokken doorgehakt en zijn we officieel welkom geheten.
Rondreis samenstellen
In het dorpje worden demonstraties gegeven over hoe de Dayaks manden vlechten van bamboe, tassen maken van boomschors en kleding versieren. Ook varen we een stukje met een bamboevlot over de Delang rivier terwijl de dorpsbewoners ons toezwaaien. De mensen hier zijn ontzettend vriendelijk en ontvangen graag meer toeristen om zo een andere bron van inkomsten te hebben als alternatief voor de omstreden palmolie-industrie. Tegelijkertijd is het voor toeristen een mooie kans voor een bijzondere ontmoeting met de Dayaks, zeker nu dit gebied nog in de kinderschoenen staat wat betreft toerisme. We overnachten in een homestay bij de Dayaks thuis en eten met handen uit bananenbladeren.
De volgende dag reizen we verder naar het plaatsje Tapin Bini waar we op een vergelijkbare en wederom enthousiaste manier welkom worden geheten door de Dayaks. Na de dansshow laten de dorpelingen zien wat voor spelletjes ze hier zoal spelen en hoe arak (rijstwijn) wordt gemaakt. Het begint enorm te plenzen en we duiken met zijn allen een Dayak huis in waar de lunch wordt geserveerd. We eten op de grond waar grote en vele schalen eten staan met bijvoorbeeld nasi putu (rijst geserveerd in een bloem). Na het eten word ik door het dorpshoofd gezegend en dansen we met de Dayaks een soort van vogeldans waarbij de kunst is om juist niet teveel te bewegen, behalve met je handen. Het ziet er makkelijker uit dan het is.
Voorbeeldreis ‘Kalimantan, jungle en bountyeilanden’
Het is al een tijd enorm aan het regenen, maar zodra het wat minder wordt is het tijd om de reis voort te zetten. Per rubberen boot steken we de Lamandau rivier over waarna de trekking begint. We worden begeleid door een lokale gids die ons hun traditionele manier van vissen en jagen laat zien. Vanwege de regen kunnen we vandaag niet verder lopen en overnachten we in Dukuh Ambu aan de voet van de Bukit Bolau berg, slechts een uurtje lopen. Hier krijgen we de lokale manier van koken te zien; groente, vlees en vis wordt in grote bamboepijpen gestopt en vervolgens dichtgestopt met bladeren waarna ze op het kampvuur gaan. Geserveerd met uiteraard rijst, is het lekker smikkelen. We overnachten in kleine koepeltentjes die gelukkig kunnen worden afgesloten, want als je niet oppast sta je tussen de bijtende rode mieren.
Voorbeeldreis ‘hoogtepunten van Indonesië’
Omdat we gisteren niet verder hebben kunnen lopen in verband met de regen, staan we vandaag extra vroeg op om de zonsopkomst van bovenop de Bukit Bolau berg te kunnen aanschouwen. Een kort nachtje want om 02.00 uur vertrekken we in het donker met hoofdlampen vanuit het kamp. De klim is enorm pittig. De route gaat stijl omhoog en is vanwege de regen extra glad, dus vasthouden en optrekken aan bomen en lianen of medeklimmers waar dat mogelijk is. Onderweg zien we een ‘glow in the dark’ paddenstoel die ik nog nooit eerder had gezien. Heel gaaf.
Na ongeveer 2 uur zweten heb ik de top gehaald! Het is nog donker, maar langzamerhand wordt het lichter en komt de zon op. Wat een grandioos uitzicht! We zitten boven de wolken en kijken uit over de prachtige groene jungle terwijl apen en vogels ons goedemorgen wensen. Na een ontbijtje op de top zetten we rond 06.00 uur de daling weer in. Omhoog klimmen was pittig, maar naar beneden is zowaar nog lastiger vanwege de gladheid en steilte. Vies van de modder ben ik al, dus dat scheelt. Na een aantal glij- en valpartijen en wat blauwe plekken later, weet ik gelukkig veilig beneden aan te komen. Niet iedereen van de groep heeft de klim omhoog gemaakt (wat ik nu begrijp) en staan ons juichend op te vangen. Een klim die ik niet iedereen zou aanraden, maar zelf ben ik erg blij dat ik deze heb gemaakt want het uitzicht van bovenaf was het absoluut waard!
Ben jij enthousiast geworden om op reis te gaan naar het bijzondere Kalimantan? Neem dan contact met ons op! Onze experts staan klaar om samen uw droomreis samen te stellen.
https://www.instagram.com/p/BcFZCaHAP8n/
https://www.instagram.com/p/BcHUOhAnnRC/?taken-by=ramatoursholland